Hoe Donald Duck me een Gamer maakte

Begin jaren ’80 had ik wel een paar keer bij mijn buurman op de Atari gespeeld, en ik was inmiddels de trotse bezitter van een VIC20. Daarop leerde ik programmeren en kon ik mijn eerste creativiteit kwijt. Verder had ik bij een goede kennis regelmatig op Nintendo Game & Watch spelletjes mogen spelen. Maar videospellen (zoals we dat toen nog noemden) deden me nog niet zoveel, ik ging met evenveel liefde gewoon lekker voetballen en strips lezen. Dat veranderde in 1984 toen ik mijn wekelijkse Donald Duck in de bus kreeg.

“Reclame in de Donald Duck bleek effectief om dolende schaapjes zoals mijzelf voor je product te winnen.”

Net als vele andere kinderen was mijn wekelijkse Duckie iets om naar uit te kijken. En dat ene nummer in 1984 was een speciale, want de stripfiguur Donald Duck bestond vijftig jaar! Dat was iets om bij stil te staan, en de redactie pakte uit met een speciaal nummer. Hierin namen Donald en zijn vrienden de carrière van de eigenwijze eend grondig door. Als extraatje was er ook een enorme prijsvraag. De vliegreis naar Disney Land in Amerika zou normaliter voor ieder kind de blikvanger zijn, maar ik zag iets anders: er werden meerdere Game & Watch spelletjes verloot, en ook enkele Philips Videopac spelcomputers! Voor het eerst begon ik over mijn eigen spelcomputer te dromen.

Ook vielen mij steeds vaker advertenties voor games, consoles en Star Wars op. Reclame in de Donald Duck bleek effectief om dolende schaapjes zoals mijzelf voor je product te winnen. Of het nou om Tjolk, Star Wars poppetjes, Ruimte Lego of een Postkantoor rekening ging, de eerste zaadjes in mijn onderbewuste werden ontegenzeggelijk gelegd door slimme advertenties in de Donald Duck. Als ik ouwe Duckies doorblader valt me weer op hoeveel dingen die ik als kind beslist wilde hebben via het vrolijke weekblad tot me waren gekomen.

Een game-advertentie die me enorm bijbleef was de reclame voor een Smurfen game voor de Coleco-Vision. Dat zag er heel wat mooier uit dan wat ik op mijn VIC20 gewend was. Het leek in mijn kleine kinderogen echt alsof je in de tekenfilm kon meespelen! Ook was er een kans om via Pritt stift een console te winnen. De Atari leek me sowieso een beter systeem dan de Videopac, want bij de plaatselijke speelgoedwinkels verkocht men eigenlijk alleen Atari games. Maar net als bij de prijsvraag van Donald Duck viste ik jammerlijk achter het net.

Uiteindelijk wist ik door heel wat heitjes voor een karweitje,  sparen en zeuren een Atari VCS 2600 binnen te slepen. Achteraf bezien was de timing wat ongelukkig. De hoogtijdagen van dit systeem lagen inmiddels al achter ons, en het NES tijdperk stond op het punt van beginnen. Desondanks voelde ik me de koning te rijk. Met een aantal leuke spellen in mijn collectie haalde ik flink wat kilometers uit mijn Atari. Ik maakte kennis met computers via de VIC20, maar de roots van mijn gamerschap lag ontegenzeggelijk bij Donald Duck.

Geef als eerste een reactie

Geef een reactie

Uw e-mailadres wordt niet gepubliceerd.


*


Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.