Return to Monkey Island (PC, Switch)

Return to Monkey Island is alles wat ik er van had gehoopt, en meer. En geloof me, ik had heel veel hoop. Ik ben van mezelf geen nostalgisch persoon; ik heb eigenlijk niets meer van vroeger. Behalve twee gamedozen van de eerste Monkey Island-games: The Secret of Monkey Island en Monkey Island 2: LeChuck’s Revenge.

“Feels good to be back on Mêlée Island”

Ik speelde ze als basisscholier op een Amiga 500: constant diskettes wisselen, gecrackte versies zoeken om maar niet steeds de kopieerbeveiliging te hoeven doorlopen; met Engels woordenboek naast de computer om de insult sword fighting-puzzels te kunnen ontcijferen en mijn grote broer lief aankijken of ik MI2 op zijn Amiga 1200 mocht spelen, omdat een harde schijf betekende dat ik niet met die 11 diskettes hoefde te hannesen.

Er zijn geen twee games waar ik zulke warme herinneringen aan heb als aan die eerste Monkey Island-games. En daarin ben ik niet alleen; de games hebben een bijzonder plekje in veel gamerharten van middelbare leeftijd. Ik was niet de enige die ontroerd was toen Monkey Island-bedenker Ron Gilbert in april bekendmaakte dat hij samen met partner in crime Dave Grossman meer dan 30 jaar na de release van Monkey Island 2 bezig was met een nieuw deel in de serie..

Return to Monkey Island pakt de draad op direct na het einde van Monkey Island 2: LeChuck’s Revenge. Hoewel aan de overige games in de serie (waar Gilbert en Grossman niets mee te maken hadden) ook wordt gerefereerd, is het vooral een feest van herkenning voor de fans van de eerste twee delen.

Hoe kan het ook anders met zo’n titel, maar Return is echt een terugkeer naar vroeger. Het begint op Mêlée Island, ook het starteiland van Secret. Bijna alle bekende locaties kun je hier opnieuw bezoeken. Te beginnen met de uitkijk en de Scumm-bar. En de bekende plekken die er niet meer zijn wordt altijd wel even aan gerefereerd. De meeste locaties die je bezoekt zijn gelukkig wel nieuw, maar ook daar zit Return stampvol met grote en kleine verwijzingen naar de games van vroeger. Voor een fan van Monkey Island voelt dat echt als een warm bad.

Het is echter ook 2022 en games hebben de afgelopen 30 jaar niet stilgestaan. Het is fantastisch om te zien dat Gilbert en Grossman het point-n-click genre ook echt naar het nu hebben durven te trekken. Gilberts vorige game was Thimbleweed Park, een uitstekende opvolger voor Maniac Mansion, helemaal in de lijn van de klassieke adventure-games: pixel-graphics en dezelfde werkwoorden-interface als de LucasArts-games van toen. Voor Return zijn ze een andere weg ingeslagen, waarschijnlijk mede omdat ze dankzij uitgever Devolver Digital met een veel groter budget konden werken. Dat heeft heel goed uitgepakt.

De verandering die direct opvalt, is de artstyle. Boze Twitter-mensen (daar zijn er nogal veel van) hebben zoveel en zo onbeschoft tegen Gilbert lopen klagen over de graphics van Return dat hij tijdelijk zelfs van Twitter verdween. Smaken verschillen en zo, maar die mensen zitten fout. Return to Monkey Island heeft een geweldige stijl die bomvol karakter zit. Het voelt anders, fris en past heel goed bij Monkey Island. Het komt echt tot leven dankzij de stemacteurs die heel goed werk leveren. Het feit dat ze zo veel mogelijk stemacteurs hebben gebruikt die eerder in verschillende delen van de serie zijn opgedoken, helpt enorm om je thuis te voelen.

Een andere grote stap voorwaarts ten opzichte van vroeger is de besturing. Dat valt bijvoorbeeld direct op als je speelt met een controller. Waar je met een muis nog steeds wijst en klikt, daar bestuur je Guybrush met de controller direct met de joystick en selecteer je objecten met de knoppen. Op een controller is het in feite geen letterlijke point-n-click-adventure meer en dat is een goede zaak. Het zijn twee compleet verschillende en goed doordachte manieren van besturen. Ik heb zelf gewisseld tussen beide en heb geen echte voorkeur. Een groot compliment.

De interface is bovendien flink gestroomlijnd. Je hoeft bijvoorbeeld geen werkwoorden te kiezen (moet ik de hendel op de kluis nou duwen of trekken?), maar elk object kun je Guybrush laten beschrijven met de ene muisknop en àls je er iets anders mee kunt doen, dan doe je dat met met de andere muisknop. En wat je doet, verschilt per object, daar hoef jij niet over na te denken. Kun je er niets mee? Dan is dat ook meteen duidelijk. Teksten onder de acties geven een goed beeld van wat je kunt verwachten als je op de knop drukt. Als je een object met een andere wil combineren, dan geeft een icoon al voor je klikt aan of dat überhaupt kan. En alle elementen waar je iets mee kunt, worden gehighlight. Guybush houdt ondertussen een to-do-lijst bij waardoor je altijd weet wat je nou ook alweer aan het doen was.

Al dat stroomlijnen klinkt wellicht saai, maar het is echt veel beter. De lol van het alles-met-alles-combineren of het per pixel afspeuren van je scherm hoorde er vroeger misschien wel bij, maar was het ook echt leuk? (Nee)

Return is – mede door dat stroomlijnen – meestal niet zo moeilijk. Een beetje ervaren point-n-click-gamer laveert vrij eenvoudig door de eerste drie hoofdstukken. Hoofdstuk 4 is lastiger en enkele oplossingen voelden soms zelfs een beetje flauw, maar dat hoort er ook bij. De beste manier om door een puzzel te komen als je vastzit is nog steeds om de game even weg te leggen. En lukt het dan nog niet, dan is er een hintsysteem. Guybrush heeft een hintboek in zijn inventaris en als je die opent kun je vragen stellen over verschillende puzzels waar je mee bezig bent. De hints kun je gerust gebruiken; ze beginnen altijd met je voorzichtig de juiste kant op wijzen. Hoe meer vragen je stelt over dezelfde puzzel, hoe specifieker de hints worden. Dat de game niet heel erg moeilijk is, is eigenlijk wel fijn. De ontwikkelaars hebben een goede balans weten te treffen: het oplossen van puzzels geeft nog altijd voldoening en frustratie is er niet.

Conclusie:
Het puzzelen is dus niet helemaal als vanouds, maar beter. Echte voldoening krijg je uit het verkennen en ontdekken van alle speelse omgevingen, de ontmoetingen met bekende en nieuwe inwoners van de Caraïben, het lachen om de grappen en het verwonderen om de liefdevolle verwijzingen naar die games uit mijn jeugd. Return to Monkey Island is alles wat ik er van had gehoopt, en meer. Deze game houdt misschien nog wel meer van Monkey Island dan ik en dat is een warm gevoel dat maar weinig games me kunnen geven.

De vraag die ik minder goed kan beantwoorden is: hoe is Return to Monkey Island voor een gamer die niet bekend is met de serie? Ik denk nog steeds hartstikke goed en leuk, maar ik denk ook dat je veel mist. Als je een PC hebt – dat mag een hele oude zijn – kun je gerust de Special Editions van Monkey Island 1 en 2 nog spelen, die zijn nog steeds enorm leuk. Pak een walkthrough erbij als die oude games te veel vragen van je geduld, of kijk hoe iemand anders die games doorspeelt. Ik zou in ieder geval aanraden om iets van die klassiekers mee te krijgen voordat je begint aan Return to Monkey Island. Die game is het waard.

Be the first to comment

Leave a Reply

Your email address will not be published.


*


Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.